Home » Geschiedenis van beroemde gerechten #50: bokkenpootjes en Bossche Bol
geschiedenis bokkenpootjes en bossche bol

Geschiedenis van beroemde gerechten #50: bokkenpootjes en Bossche Bol

Het is niet te geloven, maar dit is gewoon al aflevering 50 van de geschiedenis van beroemde gerechten! Dat betekent dat ik over meer dan 100 verschillende gerechten, producten of merken een geschiedenisverhaal heb geschreven. Mijn favoriete artikelen! En hopelijk ook die van jullie. Wie jarig is trakteert dus vandaag de geschiedenis van twee lekkernijen: bokkenpootjes en Bossche Bol.

Geschiedenis van beroemde gerechten

Bokkenpootjes

Bokkenpootjes

Zoals wel vaker het geval is gaan er over de bokkenpootjes verschillende verhalen rond. De meest gehoorde is die van de bakkerij van Jan Pieter Schellema uit Tuitjenhorn. Jan Pieter bedacht het koekje in opdracht van de lokale dominee. Het was in het Noord-Hollandse Tuitjenhorn namelijk de gewoonte (rond 1859) om jaarlijks over de overledenen te waken op de begraafplaats en banket te eten. Het bokkenpootje staat symbool voor de poten van de duivel. Het eten ervan zou de herdachte overledenen beschermen tegen het kwaad in het hiernamaals.

Veel koekjes die wij als oer-Hollands beschouwen, kennen echter vaak een veel langere geschiedenis. Een ander verhaal vertelt namelijk over de Arabische Meesterbakker Hamid ibn Yusuf, die het recept voor wat wij nu kennen als bokkenpootjes kreeg van een broederschap. Dit koekje, gemaakt van amandelen, opgeklopt eiwit en gevuld met een zachte crème, had uiteinden die gedompeld werden in dadelstroop. De naam van het koekje? Hoeven van de duivel! De suiker en de amandelen symboliseerden de zuiverheid van de ziel, de donkere uiteinden herinnerde aan de strijd tegen verleiding.

Een heerlijk recept voor bokkenpootjes met een limoncello ganache

Bossche Bol

Een Bossche bol is een gebakspecialiteit uit ‘s-Hertogenbosch die wordt gebakken van soezenbeslag, gedoopt in gesmolten pure chocolade en daarna gevuld met slagroom. Ze lijken wel op moorkoppen. Alleen zijn deze kleiner (de bossche bol heeft een diameter van 12 cm), vaak geglazuurd en mét een toef slagroom.

Banketbakker Joseph Johannes Lambermont adverteerde al in 1903 met chocoladebollen, toen nog gevuld met gele bakkersroom. Op 23 februari 1924 adverteert de bakker dat hij “als nieuwste, naast onze bekende Lambermont’s chocolade bollen met crêmevulling nu ook bollen met ‘zuivere slagroomvulling’ verkoopt.” Wellicht afgekeken van de Haagsche Bakkerij in Den Bosch, die al eerder de bakkersroom door slagroom verving en de soes insmeerde met half-harde chocolade.

De naam “Bossche bol” is pas in de loop der tijd ingeburgerd geraakt, naar verluid door burgemeester Van Lanschot van ’s-Hertogenbosch (1938) die de “schjeklaode bol” hernoemde naar Bossche bol.

Meer verhalen over de geschiedenis van beroemde gerechten lezen?

Laat reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*