Chutney is een smaakmaker uit de Indiase keuken. Het is een basis van vruchtenpuree waaraan kruiden en andere smaakmakers worden toegevoegd zoals gember, peper, knoflook en uit. Chutney is vaak een combi van zoet, zuur en pittig tegelijk. Zoals deze mangochutney.
Bijgerecht
Mangochutney is een heerlijk bijgerecht bij de Indiase curry. Of lekker als ‘dip’ bij pappadums of naan. Ik maakte ‘m lekker pittig met een klein geel pepertje van mijn peperplant, maar dat is aan jou.
Conserveren
Door de toevoeging van suiker en azijn conserveer je als het ware de chutney, net zoals jam. Steriliseer het (weck)potje vooraf door het om te spoelen met kokend water en omgekeerd op een schone theedoek te laten drogen aan de lucht. De mangochutney is zo in de koelkast minstens drie weken houdbaar.
Mangochutney
Wat heb je nodig (potje):
Ingrediënten
- 1 sjalotje, fijngehakt
- ½ rode chilipeper, fijngehakt
- 1 kleine gele peper, fijngehakt (facultatief)
- 1 teentje knoflook, fijngehakt
- olijfolie
- 250 gram mangoblokjes (diepvries)
- 1 eetlepel suiker
- 1 eetlepel natuurazijn
- stukje gember, geschild
- 1 kaneelstokje
- 2 kardemomzaden
Fruit het sjalotje, de knoflook en peper aan en fruit deze in een pan met een scheutje olijfolie. Voeg de mangoblokjes, de suiker en de azijn toe. Breng aan de kook en zet vervolgens het vuur lager. Voeg de gember, het kaneelstokje, de kardemomzaadjes en de kruidnagels toe. Het is handig om die laatste twee in een theebuiltje te doen, zo vis je ze er later makkelijk uit.
Laat ongeveer 15 minuten sudderen. Verwijder de gember, kaneel, kardemom en kruidnagels, doe in een mooi potje en laat afkoelen. Bewaar in de koelkast.